‘blog van Brambonius’

november 11, 2008

pas op voor het dispensationalisme

beminde gelovigen;

Vandaag een moeilijk woord: dispensationalisme, of ik het nederlands ‘bedelingenleer’, of als we andere tussenletters gebruiken soms ook bedelingsleer. een woord dat meestal vooral met bepaalde eindtijdtheoriëen wordt geassocieerd, maar er is veel meer over te zeggen… Het basisidee op zich is redelijk simpel: de geschiedenis van de wereld (of de heilsgeschiedenis) kan onderverdeeld worden in verschillende ‘bedelingen’ of dispensaties. Dat zijn dan tijdperken waarin God op een andere manier handelt tegenover de mens. Behalve het klassieke model dat op wikipedia(1) staat zijn er veel andere invullingen met meer of minder bedelingen, al is zeven een geliefd getal(2)en het doet er blijkbaar niet voor iedereen toe hoeveel bedelingen er zijn ook niet… Wat we wel meestal tegenkomen zijn heel ingewikkelde verhalen die zogezegd zijn gebaseerd op de bijbel, maar als je de bijbeltexten gaan onderzoeken dan kom je dikwijls tot de conclusie dat je heel ver moet door-interpreteren voor die verzen in staat zijn om de hele constructie op te leveren die erop gebouwd wordt… Maar dat truukje komen we vrees ik wel meer voor in het moderne christendom (doelgericht leven iemand?)

op zich zie ik niet bepaald een probleem in het indelen van de geschiedenis in verschillende perioden, dat is iets wat de mens van nature doet omdat het anders te ononverzichtelijk is. Mensen houden ervan om theologie te systematiseren. Dus wat dat betreft: geen speciale problemen met dispensationalisme. Wat betreft de eindtijdtheoriëen die erbij horen en die heel populair zijn (‘pre-tribulation rapture millenialisme’) en de bijhorende commercieel heel goed verkopende pop-apocalyptiek (left behind, hal lindsay, etc..) ga ik het vandaag ook niet hebben, al valt daar zeker wat over te zeggen… Er is natuurlijk een probleem met alle schema’s die de toekomst willen voorspellen, en die zeggen wat God allemaal gaat doen in de toekomst en hoé…

Waar ik wel naartoe wil is het grote probleem van bepaalde vormen van dispensationalisme en hoe het gebruikt wordt, zoals ik dat ben tegengekomen op onder andere www.verhoevenmarc.be en bij A P geelhoed(http://www.solcon.nl/apgeelhoed/body.htm), en dat ook voorkomt in veel anti-charismatische kringen en bij wat Ouweneel de bediening van Achterdocht noemt. De logica gaat als volgt: Nu zitten we in de bedeling van de gemeente, en dus zijn bijvoorbeeld de woorden van de bergrede niet voor ons bedoeld om naar te leven (die waren voor de joden) noch de gaven van de Heilige Geest (die waren alleen voor de apostelen) Ook alle sociale betrokkenheid of bezorgdheid voor het millieu wordt verketterd (dan willen we het duizendjarig rijk nu al) Zelfs het onze vader is volgens Marc Verhoeven niet voor de christenen. De meeste van die beweringen zijn ofwel gebaseerd op het hele framewerk dat rond de bijbel geplaatst wordt zonder dat ze met bijbeltexten aangetoond worden, ofwel worden bijbeltexten vreselijk uit hun context gerukt om hun verhaal te bewijzen, zoals het vers uit 1 cor 13 van ‘profetiën sullen stoppen, tongen zullen verstommen’ dat moet bewijzen dat profetie en spreken in tongen alleen voor de ‘bedeling der apostelen’ was. De conclusie daarvan is gevaarlijk, namelijk dat alles bovennatuurlijks per definitie niet van God komt. En dat alles wat charismatische en pinksterchristenen aan de Geest toeschrijven van Satan komt. Dat loopt snel de kans om uit te lopen in de zonde van tegen de Heilige Geest, en bovendien krijg je dan de onlogica dat ondanks de overwinning van JEzus aan het kruis alleen Satan macht heeft en bovennatuurlijk ingrijpt, iets waarvan alle logica mij ontgaat!

Nu zouden wij dus zitten in de bedeling van de gemeente Zelfs al zit de kern van dat soort theologie rond het offer van Jezus, dan nog geloof ik dat het een gevaarlijke dwaalleer is die eigenlijk zo ongeveer heel het christenom lamlegt, de bijbel ontzenuwt en de alles reduceert tot alleen ‘preken van het woord’ en klakkeloos geloven daarin als enige deugd. Exit de letter doodt maar de Geest maakt levend…

Noem mij een ‘rodeletter-christen'(3) maar ik geloof dat de woorden van Jezus, inclusief de bergrede en het onze vader, de kern zijn van het Christelijk leven, ook al gaan we daarmee tegen alles wat deze wereld ons leert in. Ik geloof in het werk van de heilige Geest, inclusief wonderen en gaven, ook voor vandaag (al denk ik dat de gave van onderscheiding iets is waar we ook meer naar mogen verlangen als ik sommige dingen zie…) Ik geloof dat ‘onze naaste liefhebben als onszelf’ sociale betrokkenheid’ vraagt. Ik geloof dat het eren van God als Schepper inhoudt dat we voor de Schepping zorgen die ons gegeven is. Ik geloof dat het Christendom zonder al deze dingen niet veel voorstelt, en dat eender welke leer die het christendom de Geest en de woorden van JEzus wil ontdoen een gevaarlijke dwaalleer is!…

Jezus predikte de komst van het koninkrijk, en ik denk dat wij hetzelfde mogen doen…

shalom

Bram

 

(1) http://nl.wikipedia.org/wiki/Dispensationalisme
(2) http://www.bijbelarchief.nl/download/bedelingen.pdf
(3) http://www.sojo.net/index.cfm?action=about_us.redletterchristians

4 reacties »

  1. Héhé, nog een red letter christian…

    Reactie door Truthseeker — november 11, 2008 @ 1:30 pm

  2. Hoi Bram,

    Ik ben het met je eens. Alhoewel ik de bedelingsleer dwaalleer vindt, heb ik me laatst toch wat laten gezeggen. Het is goed om alles in zijn context te lezen. Daarbij geloof ik dat heel Gods Woord voor mij is. Er zijn volgens mij twee dingen te onderscheiden: degenen die de bedelingsleer aanhangen, zouden het misschien bedelingen noemen, maar waarom spreken we niet gewoon van een bijbels begrip, namelijk de verbonden? De bijbel noemt dat ook geen bedelingen, maar gewoon verbonden. En daartussen speelt zich nog iets af. En dat heeft te maken met Israel dat was uitgekozen om het heil van de HEER tot aan het einde van de aarde te brengen. God wilde altijd al; een volk van Jood en heiden. Maar in de Bijbel hebben zich wat omkeringen (zo noem ik het maar even) voorgedaan, die je welm moet kunnen herkennen, om geen zalken verkeerd uit te leggen of verkeerd toe te passen. Ik zal het proberen uit te leggen. Eerst heb je twee verbonden:
    – Je hebt het oude verbond
    – Het oude verbond eindigde met de komst van Jezus, waarmee het nieuwe begon.
    – Je hebt een volk van God, waar zich de heidenen bij konden voegen, de proselieten.
    – Onder het nieuwe verbond begon God zich een volk aan te wijzen. Dat gebeurde in drie fasen:
    Bij de uitstorting van de Heilige Geest werden eerst de Joden en Jodengenoten aangenomen.
    – Daarbij voegde God de Samaritanen
    – En tenslotte voegde God de heiden bij hen, wat begon bij Cornelius.
    Wat betreft de twee soorten genade, waarvan de laatste de vervulling van de eerste was, die vinden we allebei in Johannes 1. Daar spreekt Johannes over die twee soorten genade. Allebei griekse termen, maar voor een goed verstaander duidelijk. Johannes schrijft dat wij genade op genade hebben ontvangen. In het grieks staat daar: genade in plaats van (anti) genade. De eerste genade was de genade onder het oude verbond. Dat het hier over twee soorten genade gaat, blijkt uit de versen daarvoor. De wet is door Mozes gegeven, maar de genade en de waarheid zijn door Jezus Christus gekomen. De genade onder het oude verbond was een genade die nog niet helemaal compleet was. Dat was Gods ‘chesed’. Dat is vaak vertaald met goedertierenheid. De zonden waren toen nog bedekt onder het bloed van de geofferde dieren. God vergaf de zonden met het oog op het komende offer, Jezus. Toen het ware Offer kwam, is de genade onder het oude verbond ingewisseld voor het betere. Die dingen waren tenslotte een schaduw van wat komen moest. Veel mensen blijven naar die oude dingen kiken en proberen ze te passen op het nieuwe. Dat gaat niet lukken. Er is iets nieuws gekomen en het oude moet verdwijnen.
    Het is altijd al Gods bedoeling geweest om een volk te verzamelen uit Israel en de heidenen. Daarbij moeten we niet vergeten dat Israel een aardse roeping had. Tijdens het leve van de Heer bleek al dat de Joden de Heer verwierpen. Dat leidde tot de kruisiging. Omdat Jezus bad om vergeving voor het volk, omdat ze niet wisten wat ze deden, gaf God de Joden opnieuw een kans. Maar niet door de wet. Want de vijgeboom, waar Israel een beeld van is, was vervloekt. Dat wil zeggen: Als Israel via de wet rechtvaardig wilde worden, zou dat nooit gaan lukken. Israel zou nooit gerechtvaardigd kunnen worden uit werken van de wet. Er waren alleen maar vijgebladeren aan de boom, zonder vrucht. Volgens mij een beeld van eigen gerechtigheid. DE hele periode van Handlingen heeft God de Joden nog een kans gegeven om als volk toe te treden tot het heil. Maar met de verwoesting van de tempel kwam er een definitief einde aan de kans voor Israel om zich als volk te bekeren. Met deze gebeurtenis in het jaar 70 begonnen de tijden van de heidenen. Niet het gemeente tijdperk, zoals de dispensationalisten zeggen. En de gemeente heeft er een zooitje van gemaakt, vooral ten opzichte van Israel. Wij legden de verharding uit als een oordeel. Dus baden we niet voor hen en verkondigden we ook het evangelie maar niet. Israel was passee, ze hadden het tenslotte aan zichzelf te wijtyen niet? Daarom zegt Paulus in Romeinen: wees nu niet eigenwijs. God gaat de takken die erop hoorden en die Hij heeft weggebroken, opnieuw enten als Hij wil. En jullie zouden moeten vrezen, want het zou met jullie precies hetzelfde kunnen gaan als met Israel. Jullie woorspornkelijk takken kunnen ook van de edele olijf worden weggebroken.
    Ten tijde van deze periode van de heidenen zou Israel niet langer de kop zijn, maar de staart. Iets wat nog heel moeilijk te aanvaarden is voor heel veel Joden vandaag de dag. Zeven jaar daarvoor eindigde het boek Handelingen in 63 AD.
    Maar op de pinksterdag was het nog niet zover. Israel als volk kon nog steeds toetrden tot het heil. Alle profetieën zouden voor hen in vervulling kunnen gaan, en gedeeltelijk gebeurde dat ook. De profetie van Daniel was met de intocht in Jeruzalem, of bij de kruisiging vervuld. Want het zou 7 plus 62 jaarweken (zevens) duren tot de vorst kwam, na 69 weken zou een gezalfde worden uitgeroeid. De profetie van Joël zou worden vervuld. Joël kondigt de leraar van de gerechtigheid aan, en dat is Jezus die kwam. Zacharia was in aantocht. Ezechiel keek al om de hoek en werd gedeeltelijk hier en daar vervuld enzovoort.
    ‘Daarna’, zegt Joël ‘zal het geschieden…’ Petrus haalt dat vers aan en citeert uit de Septuaginta: ‘In de laatste dagen zal het geschieden dat ik van mijn Geest zal uitstorten op alle vlees…’ dromen, visioenen en voorzeggende profetieën zouden te vinden zijn, om hen te helpen te getuigen. Want de Heer had gezegd: U zult mijn getuigen zijn! De inwoning van de Geest stond niet voorop, maar de kracht. Ze zouden alle kracht nodig hebben om de heidenen te bewegen zich te bekeren tot de Heer. Stel je eens voor: in zeven jaar de einden van de aarde bereiken met de blijde boodschap: eer is redding in de Naam van Jezus. God trok alles uit de kast om dat te bewerkstelligen, om samen te werken met hun getuigenis. Allerlei bijzondere dingen zouden gebeuren. Maar de zaken waren nog omgedraaid. Eerst moest er worden gedoopt, dan zou de Heilige Geest worden ontvangen. ‘Bekeert u en een ieder van u late zich dopen op de naam van Jezus Christus, tot vergeving van uw zonden, en gij zult de gave van de Heilige Geest ontvangen’, zei Petrus. Eerst doop, dan geloof. De reiniging uit het Oude Testament werd nu verbeeld in de doop. Zonden werden afgewassen. Handen werden opgelegd. De zegen voor Israel was een heel andere da voor de gemeente. De zegen voor Israel was heerlijkheid, en de zegen voor en van de gemeente waren ‘goede woorden’. Want in de Septuaginta wordt het woort ‘zegen’ vertaald met ‘eulogia’. Die griekse vertaling laat ons heel veel zien over de het Nieuwe Testament. Hoe de woorden soms worden vertaald is in bepaalde gevallen veelzeggend. Het hebreeuwse woord voor zegen daarentegen betekend ‘gewicht, heerlijkheid’. Die zegen ligt voor ons als gelovigen uit de heidenen nog in het verschiet.
    En we zien ook dat er twee keer de handen worden opgelegd om te bevestigen dat nu ook Joden en jodengenoten en Samaritanen erbij hoorden. En dan komt Cornelius. Petrus is nog maar net geëindigd met spreken van het evangelie en God is hem voor. De heidenen worden aangenomen de Heilige Geest op grond van geloof. Maar nog steeds is het Israel en de heidenen. 483 profetische jaren komen aan hun einde, waarvan er nog zeven zouden moeten volgen. Een profetisch jaar is overigens 12 maanden van dertig dagen (En verder een hele hoop ingewikkelde berekeningen). En nog steeds is er een aardse roeping voor het volk in zicht. Na de 69ste jaarweek hoorde natuurlijk de zeventigste te volgen. En aan het eind van die zeven jaar zou de Messias terugkomen. De laatse dag was de dag van de Heer, ook door Joël en vele andere profeten beschreven. Een dag van oordeel voor de heidenen, maar een dag van loon voor zijn knechten. Als Israel tot bekering zou komen, werd de hele aarde uitgenodigd om zich bij het volk van God te voegen. Want Joël scheef al over die week: En een ieder die de Naam van de Heer aanroept, zal worden behouden. Juist in die periode, voor de wraak van God zou losbarsten. De Naam van de Heer was nu de naam van Jezus geworden. ‘Het behoud is in niemand anders’, zegt Petrus nu. ‘Er is geen nadere Naam onder de hemel gegeven, waardoor wij behouden moeten worden.’ De uitnodiging is dwingend. Petrus dwingt hen bijna om binnen te gaan, voordat de dag van de Heer komt. Maar eerst wordt het volk er in Handelingen nog een keer toe uitgenodigd: Komt dan tot berouw en bekering, zegt Petrus opnieuw, opdat uw zonden uitgedelgd worden, opdat er tijden van verademing mogen komen van het aangezicht des Heren, en Hij de Christus, die voor u tevoren bestemd was, Jezus, zende. Jezus kon nog terugkomen! Als ze zich bekeerden, zou Jezus terug komen op de dag van de Heer. Maar de zeventigste jaarweek brak niet aan. De laatste dagen echter wel. Een tijdspanne van de laatste jaarweek en de laatste dagen hadden gelijk moeten zijn. En daar de laatste dagen niet werden begrensd door het einde van de laatste jaarweek, gingen de laatste dagen door. De verwerping in Handelingen wordt steeds duidelijker. Met de dood van Stefanus begint er een keerpunt. Maar het is nog niet te laat voor het volk. Dat zie je ook in Handelingen: steeds kwamen er dagen bij. En de volgende dag… en de dag erop… en na drie dagen… Vooral aan het eind van Handelingen, zie je dat. Het was nog steeds de Joden en Israel. Eerst de Jood en dan de griek. De tijden van de heidenen waren nog steeds niet begonnen, alhoewel Paulus de heidenen steeds dringender begon te vragen zich te bekeren. En uiteindelijk aan het eind van Handelingen zie je dat de Joden al redetwistende uiteen gingen. Het was voor hen voorlopig voorbij. Zeven jaar later werd de tempel verwoest. Dromen, visioenen en profetieën waren tot een eind gekomen, die in Handelingen zo veelvuldig voorkomen en soms ook in de brieven van Paulus, maar die hij nergens dicteert als gaven voor de gemeente. Van de kracht om de heidenen te winnen, was weinig gebruik gemaakt door het volk. De vervulling van de profetieën zou op zich laten waachten, maa r wat bijna niemnad begreep was dat ze geen aardse vervulling zouden krijgen maar een geestelijke. En dat is zelfs voor ons christenen wel eens moeilijk te zien. Paulus was een apostel, en de Heer sprak met hem als dezelfde wijze waarop Hij met Mozes sprak: van aangezicht tot aangezicht. De Heer stond naast Paulus. De Heer sprak met hem, het voorecht van de apostel. Iets wat je bij andere genadegaven niet terug ziet. Noch bij profeet,, noch bij herder of leeraar. Alle gaat bij hen middels openbaring van de Geest via het Woord. En ze zouden ook niet voorzeggend zijn, zoals bij Johannes, die ook zijn openbaring kreeg in die bijzondere laatste dagen.Want profetieën voor de gemeente uit heiden en Jood zouden niet gepaard gaan met dromen en visioenen of profetische voorspellingen, maar volgens Korinthe door openbaring van de Geest, in overeenstemming met het geschrevene. Hetgeen Paulus uiteindelijk heeft vervuld. Iedereen die zich daar niet aan houdt, predikt een ander evangelie en is vervloekt (ai). Daarmee wil ik niet zeggen dat er aan alle genadegaven die Paulus heeft voorgeschreven aan de gemeente, een eind is gekomen. Maar ik denk dat we met Gods Woord in de hand en de hulp van Gods Geest dat kunnen onderscheiden. Het Woord door de Geest is de zegen voor de gemeente. Goede woorden spreken. Dat is het plan van God voor de gemeente uit heiden en Jood met een hemelse roeping. Zijn wil bekend maken middels het Woord van God. De gemeente heeft een andere roeping, een hemelse. Geen zegen voor deze aarde, geen aards vrederijk, maar een Koninkrijk vanuit de hemelen, gespecificeerd in Christus, die zij uit de hemelen mag blijven verwachten. Veel van de zaken waar Joël over profeteert heeft God gebruikt om het Fundament door de apostelen en profeten te bouwen. De tijden van de heidenen waren aangebroken. God had het dwaze volk van de heidenen uitgekozen om te Joden tot jaloersheid te wekken. Het was de gemeente van de armzalige heidenen, waartoe zich ook Joden zouden bekeren. Paulus zelf was daar het beste voorbeeld van. Er was namelijk een gedeeltelijke verharding over Israel gekomen. En schrijft Paulus, als de volheid van de heidenen is binnengegaan, dan zal daarna Israel binnengaan. Dat zal gebeuren wanneer de 70ste jaarweek in vervulling gaat. Maar voordat de antichrist geopenbaard zal worden, moet eerst de afval komen. Het zal heel erg worden. De zonde zal hand over hand toenemen. In aanloop naar de laatste dagen van de gemeente zal er worden gespot met de wederkomst, zegt Paulus. Waar blijft de belofte van Zijn komst? De Heer zal uit het midden van Zijn gemeente worden verdreven, de tempel van God. Zo noemt Paulus de gemeente. Dan breken de laatste dagen voor de gemeente aan, die zal overeenstemmen met de 70ste jaarweek. In die periode zal de Heer zich weer tot Israel wenden. Nee, ze zullen Hem niet pas herkennen als Hij terugkomt op de wolken, zoals de dispensationalisten zeggen. Dat zal de meest afschuwelijke dag zijn voor Jood en heiden die zich niet in het gelkoof tot Hem hebben gewend. Ze zullen naar Hem opzien, ook zij die Hem hebben doorstoken. Dan zal men een rouwklacht aanheffen. Ik zie daarin een verlate reactie van de rouw die hen had moeten kenmerken bij hun bekering, maar die ze niet hebben gewild. Petrus schrijft woorden van gelijke strekking die we ook in Petrus tegen komen: God zal de Geest van genade en van de gebeden over hen uitstorten, de Geest van de Heerlijkheid en de Geest van God. Het zal het volk zijn wat de schriften kent, en wat de antichrist die spreekt als de draak neit zullen herkennen in wat God heeft gezegd, ook als ziet de mens van de zonde eruit als een lam. In die tijd zal het volk massaal tot bekering komen, en zich voegen bij de heidenen. Het zal worden één kudde één Herder, als op de laatste dag van de vervulde jaarweek de dag van Christus voor Zijn gemeente aanbreekt en de dag van de Heer voor allen die niet wilden geloven.

    Ik zie veel verwarring omdat vooral charismatische christenen deze dingen niet onderscheiden. Ik ben zelf een broeder, doodgegooid met de bedelingsleer van kleins af aan. Tot ik op een dag aan de voeten van de Heer leerde luisteren naar Zijn Woord. Ik kom er steeds meer achter dat voor het verstaan van profetie absoluut geen buitenbijbelse bronnen mogen worden gebruikt om bepaalde leer te ondersteunen. Hoe snel neem ik ergens een afslag, door een verkeerde conclusie te trekken. Dat maakt me nederig. Ik heb Zijn genade nodig om niet te worden misleid.

    Ik ben er van overtuigd dat de bedelingsleer ertoe zal leiden dat mensen de vermeende ‘tweede komst’, zoals wij dispensationalisten zeggen, een voorbereiding is van de antichrist. Wat in charismaland gebeurd is soms niets anders dan spiritisme, afgoderij, vermeniging met New Age, boedisme, hindoeïsme. De gemeente begint te lijken op een hoer, die met alles en iedereen geestelijk overspel pleegt. Niet alles is overigens verkeerd, er zijn ook goede dingen, maar toch het baart me zorgen. Verkeerde lleringen krijgen steeds meer invloed, wat weer leidt tot zonde enzovoorts… Hoe heeft de gemeente zover kunnen komen? Het is vreemd dat de charismatische leer de denkbeelden van Darby en Scofield geheel heeft omarmd. Let er ook op hoe men zich in charismatische kringen identificeert met Israel, als een aards volk, met aardse zegen. De nieuwe wet, vervloekingen, de doop met de geest door oplegging van handen voor het volk Israel, visioenen, dromen en ‘profetische’ waarzeggerij. Het is allemaal all in the game. Laten we voor elkaar bidden, we hebben het nodig om niet te worden misleid.

    Laten we ons bekeren tot het Woord van God en dat bewaren

    Je bent gezegend in Christus,

    Roel

    Reactie door roeline — januari 27, 2009 @ 6:25 pm

  3. […] ikzelf het k-woord gebruikt heb (ketterij dus) in de hele geschiedenis van mijn blog… zie ook hier en hier over […]

    Pingback door vineyard, koninkrijkstheologie en bedelingenleer. « ‘blog van Brambonius’ — augustus 1, 2010 @ 6:43 pm

  4. Ben van het joodse roots. Israel is de bruid en ,
    God zal op het Eindtijd,terug met Israél beginnen en het afmaken.

    de christen zijn Niet de Bruid!!!!!.
    zij leven alleen onder de genade, onder de bedelingleer van Apostel Paulus.
    De brieven van petrus , en jacobus, en johannes; en de Hebreéén .
    zijn voor de verstrooidenstamen gericht en Niet voor de gemeente!!
    of ben je niet verzegeld met de Heilige Geest Gods, bidt dat je het mag ontvangen.
    Jullie menen, dat met Israél gedaan is Nééé zegt God.
    De volheid van de heidenen moeten binnen gaan.
    Dan gaat Christus Alleen met Israel Bezighouden.
    Dat zegt ik niet maar God zelf .
    Groetjes.Van-laeken &Bernabe

    Reactie door Van-laeken — februari 24, 2012 @ 10:46 am


RSS feed for comments on this post. TrackBack URI

Plaats een reactie

Maak een gratis website of blog op WordPress.com.